Aan de slag met je flosapparaat

Je mond flossen met een flosapparaat of monddouche werkt anders dan flossen met flosdraad. Wij geven je een aantal tips, zodat jij efficiënt jouw mond reinigt.

• Tip 1. Gebruik het juiste opzetstuk.
• Tip 2. Kies de stand die past bij jouw gebit.
• Tip 3. Gebruik mondspoeling.
• Tip 4. Vervang het opzetstuk op tijd.

Met ieder flosopzetstuk verwijder je tandplak van jouw gebit. Zitten er meerdere opzetstukken, ook wel spuitkoppen of tips genoemd, bij jouw flosapparaat? Dan stem je voor de beste reiniging het opzetstuk af op jouw gebit of klachten. Heb je een beugel? Dan gebruik je bijvoorbeeld een orthodontische tip. Voor een extra grondige reiniging kies je een extra smal opzetstuk. Zo kom je nog gemakkelijker tussen je tanden en kiezen. Wil je het liefst jouw gevoelige of ontstoken tandvlees masseren? Gebruik dan een opzetstuk dat de waterstraal roteert.

Per flosapparaat verschilt het of je één of verschillende standen gebruikt. Heeft jouw flosapparaat meerdere standen? Dan stem je de stand af op jouw gebit en klachten. Heb je bijvoorbeeld last van ontstoken of gevoelig tandvlees? Voor jou is dan de gevoelige of de massage stand met een roterende straal geschikt. Wil je liever een krachtige reiniging, dan ga je voor de intense stand.

Sommige monddouches of flosapparaten werken niet alleen met water, maar ook met mondspoeling. Als je flost met mondspoeling, geniet je na het flossen van een extra schoon gevoel. Check voordat je het waterreservoir van jouw flosser vult met mondwater goed of jouw flosapparaat hiervoor geschikt is. Dit vind je terug in de handleiding van jouw apparaat.

Hoe vaker je jouw gebit flost, hoe sneller het opzetstuk van jouw flosapparaat aan vervanging toe is. Na verloop van tijd nestelen zich er namelijk bacteriën in het flosopzetstuk, waardoor je een minder schoon resultaat hebt. Wij raden aan dat je voor het beste flosresultaat jouw opzetstuk na ongeveer 3 maanden vervangt.