Welke magnetronfunctie heb je nodig voor welk gerecht?

Met een magnetronfunctie warm je een kant-en-klaarmaaltijd, soep of chocolademelk op. Ook restjes avondeten en babymelk bereid je met de functie die op elke magnetron aanwezig is: de magnetronfunctie.

Maak jij regelmatig een ovenschotel of een lasagne, dan heb je een combi magnetron met een heteluchtfunctie nodig. Zo voorkom je dat er harde stukjes lasagnebladen in de lasagne zitten. Door een ventilator circuleert de hete lucht door de ovenruimte.

Voor het bereiden van een diepvriespizza zoek je een magnetron met een pizzastand. Bij een pizzastand geeft de ovenfunctie in je magnetron extra veel warmte vanaf de onderkant. De grill zorgt voor een knapperige korst. Zo is je pizza knapperig én gaar. Met alleen een heteluchtfunctie gaart alleen de bovenkant, maar niet de bodem.

Voor het bakken van een lekkere appeltaart of cake heb je boven- en onderwarmte nodig. Met de gelijkmatige verwarming aan de boven- en onderkant van je gebak gaart en rijst hij gelijkmatig.

Voor het maken van écht knapperige ovenfriet, heb je een magnetron met een crispfunctie en crispplaat nodig. Je legt de patat op de crispplaat die de warmte van de microgolven absorbeert. Hierdoor ontstaat er een knapperige bodem. De grill die tegelijkertijd aanstaat, zorgt voor een knapperige bovenkant. Een magnetron met crispfunctie is ook geschikt voor het bereiden van pizza of gepaneerde vis.

Om groenten te stomen zoek je een magnetron met een stoomfunctie. In principe kun je in elke magnetron stomen als je een stoomschaal hebt, maar bij magnetrons met een stoomfunctie krijg je die meegeleverd. Je vult de stoomschaal met water en door de verwarming ontstaat er stoom. Soms heeft een magnetron een apart stoomreservoir. Je hebt dan geen stoomschaal nodig.